18 Augustus 1579.

dorpe van Oostdorp, enz. Opten xvuen Au-

gusti, anno xvc negen ende tzeventich. Eysch, gedaen maecken, enz. Geëxhïbeert, den

xvmen Augusti 1579.

De schepenen, buren en ingelanden van het dorp Oostdorp, geven hun verlangen te kennen, alzoo hunne schout Claes Cornelisz. in gebreke was geble ven, om te bezegelen het accoord, door hen, tot ontlasting van de kosten des hoefslags van den Spa- rendamschen dijk, gemaakt met den dijkgraaf en de hooge heemraden van Rijnlandt, op dezelfde voor

waarden, als waarop hunne naburen van Spaerwoude, Houterick en Poelanen met deze waren overeengeko men,— dat de schout gecondemneerd zou worden door den baljuw en de leenmannen van Kennemerlandt, om het gezegde verdrag voor hen te bezegelen. Bij den eisch is eene memorie gevoegd, waarin de redenen, op welke de vordering gegrond is, kortelijk worden aangewezen. De notaris Adriaen Willemsz. geeft daarbij bovendien eene schriftelijke verklaring, inhoudende, dat hij ten verzoeke der schepenen van Oostdorp bij alle ingezetenen van het dorp is rondgegaan, en hun heeft afgevraagd, of zij hetzelfde wilden nakomen, wat door die van Spaerwoude beloofd was, waarop zij allen, gelijk met opgave van hunne namen onder vermeld staat, een toestemmend antwoord hebben gegeven.

Op het laatste stuk staat dit adres: Aen den edelen ende voorsichtigen Jan Vadersz., in den Hollantschen tuyn bij de Haerlemmer poert,

tot

Amsterdam.

Omme voerts te bestellen aen Claes Cornelisz., schoudt tot Sloterdijck.

Dbode twee stuvers.

Deze drie stukken zijn afschriften op papier en niet bezegeld. Lade 31.

17 November 1580.

Alsoe die burchmeesters, raeden ende regierders der stadt Amstelredam, enz. Gedaen tot Delft — den xvnen Novembris, xvc tachtich.

De Staten van Hollandt herstellen die van Amstel- redam in het regt van stem te hebben bij hunne verga deringen , zoo in zaken van contributie als anderzins; welk regt zij, even als andere steden, vroeger bezeten hadden. De Staten doen zulks op beklag van de rege ring der stad, dat deze door zekere acte der Staten van Hollandt, geteekend den laatsten September van het zelfde jaar, in het bezit van dit regt verstoord was.

Brief op papier, waarop het zegel der Staten van Hollandt, thans daarvan afgebroken, is gedrukt geweest. La de 39.